Nieuws

Effectieve altruïsten, verlies systemische verandering op de lange termijn niet uit het oog

In de begrijpelijke zucht naar het meetbaar maken van de impact van donaties, lopen aanhangers van het effectief altruïsme het risico in de valkuil van het korte termijn denken te trappen, vindt Harmienke Kloeze, directeur van het CBF.

De vraag is van alle tijden: hoe zorg ik er als gever voor dat mijn gift op een nette manier wordt besteed en zoveel mogelijk impact oplevert?

Op het eerste deel van die vraag geeft het CBF als toezichthouder op de goede doelen in Nederland antwoord. De CBF-erkenning wordt namelijk alleen toegekend aan organisaties – tot dusver 680 in totaal - die hun financiële huishouding op orde hebben en die voldoen aan de criteria van goed bestuur.

Het tweede deel van de vraag, dat gaat over de impact van giften, is moeilijker te beantwoorden. De realiteit is namelijk complex, de maatschappelijke problemen zijn groot, vaak zijn er vele partijen bij de oplossing betrokken, en het resultaat is soms een kwestie van de lange adem. Niettemin proberen de aanhangers van de effectief altruïsme beweging alleen te geven aan organisaties waarbij impact gewaarborgd is, zo konden we lezen in het Trouw-artikel Welkom in de wereld van mensen die 10 procent (of meer) van hun inkomen weggeven om levens te redden.

Het is prijzenswaardig wanneer mensen het bijdragen aan een betere wereld verankeren in hun levensstijl. Toch zijn er ook kanttekeningen te plaatsen. In het effectief altruïsme staan het hoofd en de korte termijn namelijk centraal. Wanneer er alleen gegeven wordt aan doelen die snel en cijfermatig hard resultaat bereiken, vallen organisaties die op de langere termijn werken om systemische veranderingen teweeg te brengen buiten de boot.

Neem het voorbeeld van het muskietennet. De aanschaf en distributie van muskietennetten in Gambia is een cijfermatig glashelder verhaal. Lastiger wordt het wanneer je als donateur onderzoek naar een malariavaccin steunt. Het duurt lang voordat er resultaat is en het risico op mislukking is groter. Wel is bij succes de opbrengst hoger: het probleem zelf – malaria – kan dan met wortel en tak worden uitgeroeid.

Effectieve altruïsten lijken geneigd eerder voor het muskietennet dan voor het vaccin te kiezen, waar meer balans tussen de korte en de lange termijn eigenlijk beter zou zijn. Paul Smeets, Hoogleraar Filantropie aan de Universiteit van Amsterdam, heeft daar een interessante kijk op. Hij pleit ervoor het geven aan goede doelen te benaderen als een aandelenportefeuille, waarin veilige en meer risicovollere beleggingen worden gecombineerd.

In de gedachte dat we beter in kaart moeten brengen wat die impact is, zitten de effectieve altruïsten inderdaad op het goede spoor. En de sector kan haar verhaal beslist effectiever en pro-actiever vertellen. Het CBF probeert als toezichthouder een constructieve rol te spelen in de beweging richting transparantie en het hard maken van impact. Samen met de sector organiseerden we de Impact Challenge 2020, en in in het boekje “Een vuist voor impact” reiken we handvaten aan voor het nadenken en praten over impact.   

Volgende maand publiceert het CBF een rapport waarin vijf jaar data van goede doelen in Nederland wordt geduid. Ook wordt dan de Index Goeddoen gelanceerd, die de maatschappelijke en economische waarde van goed doen in Nederland kwantificeert, en het mogelijk maakt die van jaar tot jaar te vergelijken. Het definitieve antwoord op de impact-vraag wordt daarmee nog niet gegeven. Daar is nog heel wat discussie en onderzoek voor nodig. Wellicht dat de index op termijn met de indicator impact verder kan worden opgetuigd.

In de tussentijd doen de effectieve altruïsten er goed aan om hun lovenswaardige betrokkenheid niet alleen ten goede te laten komen aan symptoombestrijding, maar ook oog te houden voor het meer risicovolle werk van goede doelen die systemische verandering nastreven. Als het hoofd nog niet volledig tevreden kan worden gesteld, mag er soms best nog naar het hart geluisterd worden.